Sommige artsen zullen zich wellicht afvragen hoe het VAV (Vlaams Artsenverbond) tegen de aangekondigde artsenstaking aankijkt. Voorzitter Jan Van Meirhaeghe houdt zich op de vlakte, al verwijst hij wel naar de voorgeschiedenis van het VAV en naar de financiële impact van een mogelijke splitsing van de gezondheidszorg.
Het VAV en zijn voorganger VGV waaruit het syndicaat De Brabanter ontstond - met veel discussie - was in zijn beginperiode alles wat een vereniging van en voor artsen moest doen, aldus de huidige VAV-voorzitter. "Het is een kas voor weduwen geweest, een ziekenkas, en bijna een syndicaat." Na 1963-1964 - de periode van de grote artsenstaking - koos VGV (Vlaams GeneesherenVerbond) ervoor om de syndicale banden en bindingen te verbreken, en louter een socio-culturele vereniging te zijn, duidt dr. Van Meirhaeghe.
Dat neemt niet weg dat het huidige VAV als socioculturele vereniging voor en van Vlaamse artsen zonder syndicale, partijpolitieke of filosofische bindingen, verder ijvert voor een communautarisering van de gezondheidszorg. Dat als onderdeel van een autonome Vlaamse sociale zekerheid. De overheveling dus naar de Vlaamse en Franse Gemeenschap (waarbij de inwoners van Brussel kunnen kiezen voor het stelsel van een van beide gemeenschappen). Over de institutionele vorm van de Vlaamse autonomie, confederalisme of onafhankelijkheid, neemt het VAV geen standpunt in, heet het.
"Misschien geef ik in het voorwoord van de volgende Periodiek (tijdschrift van VAV, red.) commentaar op Frank Vandenbroucke, maar dat zal dan vooral gebaseerd zijn op het feit dat splitsing van de gezondheidszorg op zich voor een budgettaire ruimte van 8 à 10 miljard zorgt", besluit dr. Van Meirhaeghe.
Meer over het VAV vindt u hier.
> Noteer deze datum: is dit land langdurig ziek?