Er zijn in België 53 kinderen verwerkt met het sperma van de Deense donor bij wie later een kankerverwekkend gen is vastgesteld. Daarbij was sprake van 2 miskramen, dus uiteindelijk is sprake van 51 kinderen. Dat heeft minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) woensdag verklaard in de Kamer. Ouders in België die vandaag nog geen bericht hebben gekregen, zouden geen reden hebben om zich over dit dossier ongerust te maken.
Het schandaal met het sperma van de Deense donor raakte vorige week bekend. Er bleken niet alleen kinderen verwekt te zijn met sperma van een Deense drager van een kankerverwekkend gen. Bovendien werd de regel overtreden dat maar zes vrouwen met het sperma van een en dezelfde donor mogen worden behandeld. Het geneesmiddelenagentschap FAGG heeft daarover de minister nooit ingelicht.
In totaal was sprake van 52 kinderen die bij 37 vrouwen werden verwerkt in 12 fertiliteitscentra. Op basis van een reconstructie door het FAGG blijkt het te gaan om 53 kinderen, of 51 als je de twee miskramen niet meerekent. De kinderen werden verwekt bij 37 vrouwen, van wie er 14 in België wonen. De overige wonen in Frankrijk (17), Nederland (2), Duitsland (1), Italië (1) en Zuid-Amerika (1). De ontbrekende vrouw kreeg een miskraam.
Het was dus al duidelijk dat de zesvrouwenregel op nationaal vlak serieus met de voeten is getreden. Maar ook op het niveau van de centra zelf gebeurde dat bij één centrum. Daar werden twaalf kinderen verwerkt bij 9 vrouwen met het sperma van de Deense donor. Er is op dit moment geen weet van Belgische moeders die in buitenlandse centra met datzelfde sperma werden bevrucht. Ondertussen raakte ook al bekend dat ook bij deze case de zesvrouwenregel werd overtreden.
Minister Vandenbroucke heeft het overwogen, maar uiteindelijk werd beslist de namen van de centra niet bekend te maken. Dat zou een verkeerd signaal sturen naar de betrokken ouders en kinderen, vindt de minister. Het is volgens hem immers aan de centra om de gezinnen te verwittigen. Dat geldt voor wanneer sprake is van een medisch probleem, maar dat zou ook zo moeten zijn als de zesvrouwenregel is overschreden, luidde het.
Wat ook speelt, is dat ouders zelf hebben aangegeven dat ze bepaalde informatie liever niet verspreid zien worden. Op basis van informatie van het FAGG en de fertiliteitscentra stelde Vandenbroucke dat ouders die in België wonen en die geen bericht hebben ontvangen, zich geen zorgen hoeven te maken over dit dossier.
De minister maakte wel een onderscheid tussen de regels rond biovigilantie (waakzaamheid ten opzichte van medische risico's) en de overschrijding van de zesvrouwenregel. "Ze zijn allebei zwaarwegend", benadrukte Vandenbroucke. Op dit ogenblik heeft hij geen aanwijzingen dat het FAGG fouten heeft begaan bij het verwittigen van de fertiliteitscentra over het medische risico. Dat was wel anders wat betreft de zesvrouwenregel.
De minister werd pas vorige maandag op de hoogte gebracht. Het FAGG heeft wat dat betreft "een grote fout" gemaakt, vindt hij. Het enige spoor naar overschrijdingen zat in elementen die het FAGG het kabinet op 22 april had bezorgd als insteek voor het antwoord op een schriftelijke vraag. Maar daarin stond volgens de minister enkel dat er in twee centra overschrijdingen waren vastgesteld van de zesvrouwenregel. "Dat was veel te kort", aldus Vandenbroucke. "Dat was we zeer minimalistisch in vergelijking met het werkelijke probleem. Niet het antwoord op basis waarvan iemand zou zeggen dat er een groot schandaal is."
Zoals bekend heeft de minister een audit gevraagd naar dit specifieke geval én naar het FAGG in het algemeen. Frieda Gijbels (N-VA) reageerde streng voor het FAGG omdat het agentschap informatie heeft achtergehouden maar volgens haar ook zelf te weinig heeft ondernomen toen het wist dat er meer overschrijdingen hadden plaatsgvonden. "Volksgezondheid is precisiewerk", vulde haar partijgenote Kathleen Depoorter aan. "Dit gaat om mensen."
Stefaan Van Hecke (Groen) wees op de laksheid van de opeenvolgende ministers van volksgezondheid. De wet van 2007 voorzag dat er een donorregister moest komen om die zesvrouwenregel te kunnen controleren, maar die databank kwam er pas in 2024. "Ons land is eerder veroordeeld voor het niet uitvoeren van wetten. Dit zou een zwaar staartje kunnen krijgen", aldus het groene parlementslid.
Katleen Bury (Vlaams Belang) en Irina De Knop (Open VLD) waren opvallend streng voor Vandenbroucke. "Ik ben allesbehalve gerustgesteld", zei Bury. Zij vond dat de minister zijn verantwoordelijkheid niet heeft genomen. Net als haar verwees De Knop naar de beknopte informatie die het kabinet op 22 april had bereikt.