Vandaag publiceerde Het Staatsblad het KB dat handelt over de conventiepremie. De premie wordt betwist door Bvas en ASGB omdat ze zou discrimineren tussen geconventioneerden en niet-geconventioneerden. Voor de premie werd een bedrag van 100 miljoen opzijgezet. Ze wordt voor het eerst voor 2023 uitbetaald en de volgende jaren wordt ze geÏndexeerd.
Het Riziv gaf eerder al uitleg over de conventiepremie 2023 voor geconventioneerde zorgverleners. Daarvoor werd een bedrag van 100 miljoen opzijgezet in de begroting als 'crisismaatregel'. Met deze maatregel wil het Riziv de zorgverleners die de tarieven respecteren tegemoet komen bij de oplopende praktijkkosten voor personeel, energie... heet het.
Artsen komen ervoor in aanmerking, maar ook een breed scala van andere zorgverleners waarvoor akkoorden en overeenkomsten bestaan: apothekers, tandartsen, vroedvrouwen, verpleegkundigen, kinesitherapeuten, logopedisten, orthopedisten, bandagisten, opticiens, audiciens en apothekers-biologen.
Activiteitsdrempel
De activiteitsdrempel bedraagt 20% van de mediaan van het totaalbedrag van terugbetalingen van de in het jaar T-1 aangerekende ambulante verstrekkingen per zorgverlener.
Voor de sector van de artsen wordt een activiteitsdrempel bepaald per bijzondere beroepstitel van niveau 2.
Kandidaat-artsen, kandidaat-tandheelkundigen en kandidaat-apothekers-klinisch biologen die beschikken over een goedgekeurd stageplan, worden geacht de activiteitsdrempel van hun sector - een voorwaarde - bereikt te hebben.
Voor de 'residuaire categorie van artsen' die gemachtigd zijn de geneeskunde uit te oefenen, maar niet over een bijzondere beroepstitel of een stageplan goedgekeurd door de bevoegde instantie voor het jaar T beschikken, geldt een aparte activiteitsdrempel.
