Accreditering nieuwe stijl: wat heeft 2020 voor ons in petto?

Tekst en uitleg van Mickaël Daubie, hoofd dienst geneeskundige verzorging Riziv, over de (langzame) revisie van het systeem dat artsen aan de top wil houden qua knowhow, praktische vaardigheden, accreditering.

"De hervorming van de accreditering lijkt op het monster van Loch Ness,", vindt Mickaël Daubie. Het hoofd van de RDQ (Research, Development, Quality) van het Riziv fungeert als interim directeur-generaal geneeskundige verzorging. In 2019 werd in de praktijk weinig vooruitgang geboekt, hoewel verschillende werkgroepen de theorie besproken, geeft hij toe.

"Accreditering is als een pakketboot, die 20 jaar geleden werd gelanceerd en die jaarlijks ongeveer 300 miljoen euro aan staatsbudget en inkomsten voor de artsen brouwt. Wat zijn de belangrijkste vernieuwingsassen voor de 28.734 artsen die nu geaccrediteerd zijn (op een totaal van 55.682 met een Rizivnummer)?

Permanente navorming plus kwaliteitscriteria

"Twee bewegingen lopen naast elkaar. Een hervorming in de diepte op lange termijn: de medicomut keurde de hoofdlijnen een jaar geleden goed." In een notendop: een deel van de accreditering slaat nog steeds op permanente navorming, een ander hangt af  van kwaliteitscriteria en te bereiken doelen voor volksgezondheid. "Dat wordt geënt op kortetermijndoelen: de inkomensverschillen tussen disciplines oplossen. Een artsensyndicaat [het Kartel, red.] streeft naar een herijking voor geaccrediteerde artsen. De investeringen in bij- en nascholing zijn voor allen gelijk, maar sommigen verdienen er meer mee (*).”

“Zo uit het hoofd denk ik dat de verschillen variëren van 6 tot 18.000 euro per specialismegroep. Individueel zijn de verschillen nog groter. Het evenwicht herstellen staat weer op de agenda  bij de huidige medicomutonderhandelingen en het tarievenakkoord (zie hiervoor ook onze site, red.)."

Voor de langetermijn-revisie onderscheidt Mickaël Daubie drie belangrijke componenten. "Eerste element: de opleiders. Tot nu kan bijna iedereen het statuut van opleider medische vormingen claimen. De dienst wil dat reguleren vanuit kwaliteit. Maar de modaliteiten zijn nog niet vastgesteld.”

Indicatoren

“Pijler 2: Accreditering moet - ten minste deels - gebaseerd zijn op resultaten, gemeten met indicatoren. Een deel van wat artsen waarnemen dus koppelen aan kwalitatieve vooruitgang. "Maar hoe waarderen we dat? "Dankzij onze regelmatige individuele feedback hebben we al een hele reeks indicatoren - bijvoorbeeld over het voorschrijfgedrag voor geneesmiddelen of over medische beeldvorming. Maar ook hier moeten we met de medische wereld robuuste, niet-controversiële indicatoren selecteren.“

Prioritaire thema’s

"Tot slot het derde werkterrein, de opleiding op zich, of het nu gaat om face-to-face- of afstandsonderwijs. De  onderwerpen waren tot nu toe vrij, aldus de directeur-generaal. "In de toekomst volgen prioritaire thema's, aansluitend op de volksgezondheidsnoden."

De dienst heeft al voorstellen in petto. Aan de artsen om erop te reageren. Het Riziv hoopt via de conventie-onderhandelingen te komen tot een tijdschema en belangrijke hervormingsstappen", besluit Mickaël Daubie.

(*) Vermits het supplement dat een geaccrediteerde arts kan vragen een deel van het honorarium is, resulteert dat in hogere inkomsten voor specialismen waarvan de tarieven in de loop der jaren beter zijn aangepast.

> Lees ook: het portfolio, hoeksteen van de toekomst

> "Risicogericht en proactiever beleid" (Pedro Facon)

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.