Ons land heeft nood aan een sterker en meer coherent beleid als we gezonde en duurzame voedingsconsumptie willen ondersteunen. Dat concludeert gezondheidsinstituut Sciensano donderdag uit een nieuw onderzoek, dat onderzocht hoe het beleid rond voedsel er vandaag uitziet.
Onze huidige eetpatronen dragen sterk bij aan chronische ziekten en zijn belastend voor milieu en klimaat, stelt Sciensano. Een transitie in voedselbeleid is daarom essentieel. Sciensano analyseerde en evalueerde in een nieuw rapport het bestaande beleid.
De versnippering van het Belgische beleid blijft een uitdaging, concludeert het gezondheidsinstituut. Het gevoerde beleid richt zich bovendien vooral op informatieve maatregelen zoals sensibilisatie. Krachtigere instrumenten, zoals regelgeving en economische stimulansen, worden nog te veel achterwege gelaten.
De onderzoekers stelden voorts belangrijke beperkingen vast in het beleid op vlak van ruimtelijke ordening, subsidiecriteria en in de wetgeving rond reclame voor ongezonde en niet-duurzame voedingsproducten, inclusief reclame gericht op kinderen. "Deze tekortkomingen ondermijnen de impact van het bestaande beleid aanzienlijk", benadrukt Sciensano.
Tegelijk liet de analyse enkele gelijkenissen zien tussen de verschillende deelstaten. Zo is er eensgezindheid over de noodzaak om reclame te beperken, de publieke voedingsaanbestedingen te verduurzamen, en lokale besturen meer juridische slagkracht te geven.
Het rapport formuleert in totaal 158 aanbevelingen voor de verschillende bestuursniveaus, om tot meer duurzame voedingsconsumptie te komen. "Gezien gezonde, duurzame voeding quasi geen deel meer uitmaakt van de nieuwe Europese visie op landbouw en voeding, is het des te belangrijker om hier op lidstaatniveau een stip aan de horizon te zetten", zegt onderzoeker Michiel De Bauw. "Dit rapport biedt hiervoor een aantal bouwstenen."