Patiënte krijgt in fertiliteitscentrum van UZ Brussel regie van behandeling in handen

"Meer personalisering. Meer individualisering." Dat is het motto dat prof. dr. Herman Tournaye, diensthoofd fertiliteit aan het UZ Brussel, huldigt bij de uitbouw en het management van zijn afdeling die tot de pioniers van de kunstmatige bevruchting op wereldvlak hoort.

"Door het gebruik van nieuwe medicatie voor ovariumstimulatie, Rekovelle, kunnen we bij in-vitrofertilisatie de dosering aan elke patiënte aanpassen. Na bloedafname en gewichtsbepaling wijst een algoritme uit welke de beste dosering is om tot de 10 à 15 goede eicellen te komen die we nodig hebben", zegt prof. Tournaye.

Het nieuwe geneesmiddel dat bij IVF-behandeling wordt gebruikt, voorkomt de problemen van overstimulatie en van onderstimulatie, waardoor je respectievelijk te veel of te weinig eicellen krijgt bij de behandeling. Daardoor blijven de neveneffecten van overstimulatie, die patiënten op de intensieve afdeling kunnen doen belanden, ook achterwege.

Bovendien voert de patiënte de injecties met Rekovelle zelf uit, een beetje zoals een diabetespatiënt, en ook dat zorgt ervoor dat de patiënte de regie voor haar behandeling in eigen handen heeft. "Dit beantwoordt aan de richting waarin de moderne geneeskunde volgens mij moet evolueren, naar een geneeskunde waarin de patiënt centraal staat", zegt prof. Tournaye.

Dat 'baas zijn' over het eigen zorgtraject is iets wat de fertiliteitsexpert zeer na aan het hart ligt. "Zeker de mensen die bij ons langskomen - het zijn nota bene geen patiënten in de zin dat ze niet ziek zijn - dat zijn mensen van 30 - 35 jaar, mensen die hard werken en een druk sociaal en privéleven hebben, mensen van de Generation Y en Millenials", zegt prof. tournaye. "Die jonge mensen staan erop om zelf hun keuzes te kunnen maken. Op die tendens moet de arts anno 2018 inspelen. Hij is niet langer 'Meneer Doktoor' die alles voorschrijft, nee, de moderne arts in mijn ogen is iemand die voor zijn patiënten/cliënten een coach is, een man of vrouw die hen adviseert als er keuzes moeten gemaakt worden tussen diverse behandelmethodes", aldus Tournaye.

Het aantal kunstmatige bevruchtingen in het UZ Brussel komt neer op 5.000 cycli per jaar, een hele hap van de 18.000 die in heel België op jaarbasis plaatsvinden. De leeftijd van de IVF-moeders bij een eerste poging is volgens Tournaye in de voorbije tien jaar geëvolueerd van gemiddeld 35 jaar naar 40 tot 47 jaar nu. "Een grote verandering in dat decennium is de manier waarop men omgaat met invriezen van embryo's", zegt Tournaye. "Werd dat tien jaar geleden nog als een bonus gezien, nu is dat een courante praktijk."

De fertiliteitsexpert droomt ervan om de behandelkamer waar de embryo's worden ingebracht bij de patiëntes ook wat "patiëntvriendelijker" te maken. "Nu gebeurt dat bijna sacrale moment van het inbrengen van het embryo in een klinische omgeving, een kale operatiekamer met een spot op de patiënt gericht", zegt Tournaye. "Zou dat niet beter een soort wellnessruimte zijn, met sfeervolle, kleurrijke decoratie die voor wat intimiteit zorgt en die misschien ook tot reflectie uitnodigt?"

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.