De euthanasiecommissie heeft vorig jaar in België 2.655 gevallen van euthanasie geregistreerd. Dat zijn er 12,6 procent meer dan in 2018. Volgens chirurg Luc Proot, lid van de commissie, zit de stijging vooral bij kankerpatiënten. "De artsen staan meer open om erover te praten", zegt hij.
Het zijn voornamelijk patiënten tussen 60 en 89 jaar die euthanasie krijgen, iets meer vrouwelijke patiënten. Maar 1,5 procent was jonger dan 40 jaar. Er was vorig jaar ook één registratiedocument over euthanasie bij een oordeelsbekwame minderjarige patiënt. De meeste gevallen van euthanasie (43,8 procent) werden thuis uitgevoerd, terwijl 38,3 procent in een ziekenhuis gebeurde en 15,9 procent in verpleeg- en verzorgingshuizen. Dat betekent een lichte daling voor euthanasie thuis.
De voornaamste categorieën van aandoeningen die aanleiding gaven tot een euthanasieverzoek, waren ofwel kwaadaardige aandoeningen (kankers, 62,5%) of een combinatie van verschillende ernstige en ongeneeslijke aandoeningen (polypathologie, 17,3%) die niet meer voor verbetering vatbaar waren en die ernstige handicaps veroorzaakten tot orgaanfalen toe en ziekten van het zenuwstelsel (8,7%), ziekten van het bloedsomloopstelsel (3,4%), ziekten van de luchtwegen (3,2%) en psychische en gedragsstoornissen (1,8%).
Bij de meerderheid van de patiënten werd zowel lichamelijk als psychisch lijden (niet te verwarren met psychiatrische aandoeningen) waargenomen (82,8%). Dit lijden was steeds het gevolg van één of meerdere ernstige en ongeneeslijke aandoeningen.
1% van de euthanasieën werden uitgevoerd op basis van een voorafgaande wilsverklaring euthanasie en dit bij patiënten die onomkeerbaar niet meer bij bewustzijn waren.
Psychisch: uitzonderlijk
Verzoeken om euthanasie op basis van psychische en gedragsstoornissen (psychiatrische aandoeningen zoals stemmingsstoornissen en cognitieve aandoeningen zoals ziekte van Alzheimer worden verzameld in deze groep) bleven uitzonderlijk (1,8 % van alle euthanasieën).
In al deze gevallen kon men vaststellen dat aan de wettelijke voorwaarden was voldaan (een wilsbekwame patiënt, een schriftelijk verzoek, een medisch uitzichtloze toestand, ondraaglijk aanhoudend en niet te lenigen lijden veroorzaakt door een ernstige en ongeneeslijke ziekte, een herhaald verzoek.
In 2019 werd er één registratiedocument over euthanasie bij oordeelsbekwame minderjarige patiënten geregistreerd.
De Commissie oordeelde dat alle ontvangen verklaringen voldeden aan de essentiële eisen van de wet, het was niet nodig een dossier te verzenden naar de procureur des Konings voor verder onderzoek.
De verhouding tussen het aantal Nederlandse en Franstalige documenten bleef stabiel (77,3% NL / 22,7% FR).
67,8% van de patiënten was ouder dan 70 jaar en 39,3% was ouder dan 80 jaar. Het aantal euthanasieën bij patiënten jonger dan 40 jaar bleef zeer beperkt (1,5%). Het waren vooral patiënten in de 6de, 7de, en 8ste levensdecade die euthanasie vroegen (76,3%). De grootste groep waren patiënten tussen 70 en 79 jaar (28,4%).
Wim Distelmans, voorzitter van de euthanasiecommissie, merkt nog op dat er geen terugval is te zien in de cijfers van de eerste maanden van dit jaar. "Voorlopig lijkt het erop dat het assisenproces Tine Nys weinig tot geen effect heeft gehad". In dat proces werden drie artsen die betrokken waren bij de euthanasie van Nys, vrijgesproken.