De World Medical Association veroordeelde meer dan eens het geweld en de discriminatie van geëngageerde zorgverleners die vechten tegen covid. België ontsnapt niet aan het fenomeen. Dit voorjaar vond de piek van berichten die Unia daarover ontving plaats in het hart van de crisis. Kortom, de curve van de agressiviteit loopt samen met die van het applaus.
De belangrijkste schietschijf? "Verpleegkundigen en ziekenhuisartsen, vooral wanneer de opnames op hun hoogst waren," zegt Unia. De belangrijkste soorten geweld? Beledigingen, dreigementen met uitzetting, verzoeken om 'op te rotten', "vooral in de context van de huisvesting en de toegang tot winkels en diensten." Het is bijvoorbeeld de verpleegkundige die gevraagd wordt te verhuizen, niet meer naar de gemeenschappelijke ruimtes van een gebouw te gaan, die krassen op haar auto vindt, die haar babysitter verliest... Dit alles wordt ingegeven door "een verergerde smetvrees."
'Vooral ontmijnen'
Steunde Unia sommige slachtoffers actief bij deze acties? "Niet erg veel, want we kregen meestal verzoeken om advies. We ontmijnden situaties met huisgenoten, verhuurders, buren, werkgevers... "
Het voormalige Centrum voor gelijke kansen geeft ons geen info over de omvang van de ontvangen signalen: dat behoudt het voor zijn activiteitenverslagen. Maar het verzekert ons dat het waakzaam blijft, vooral met de tweede covidgolf. De specifieke eenheid "covid en mensenrechten", die intern is opgericht om toezicht te houden op de schendingen van de grondrechten en de precaire situatie door de epidemie, houdt zich ook met deze kwestie bezig. In september zal zij een rapport publiceren met cijfers en trends.
In de hoop dat u die niet nodig heeft vindt u hier de discriminatietabel (en de te nemen stappen afhankelijk van het geval) opgesteld door Unia voor de (para)medische wereld.