Ziekenhuizen moeten conventiestatuut artsen actief communiceren, anders geen supplement (Cassatie)

In een dispuut tussen de vzw Emmaüs en een patiënt in verband met de informatieplicht van ziekenhuizen over het conventiestatuut van artsen, hakte Cassatie de knoop door in een vonnis van 6 september dat nu bekend werd: de arts moet zelf initiatief nemen om te informeren, een infobrochure aan onthaal of verwijzing naar de website volstaat niet. De wet over de patiëntenrechten wordt dus geïnterpreteerd ten voordele van de patiënten.

Tal van ziekenhuizen en artsen zullen volgens dit vonnis dus een tandje moeten bijsteken.

Het ziekenhuis AZ Sint-Jozef Malle verzond op 19 oktober 2018 een afrekening voor de geleverde prestaties voor een bedrag van € 170,77, waarvan € 113,65 ten laste komt van het ziekenfonds. Het factureerde aan de patiënt het saldo van € 57,12. In dit bedrag was een ereloonsupplement van € 47,20 begrepen. Als statuut werd vermeld dat de dokter die de prestatie verrichtte, niet geconventioneerd was.

In een bestreden beslissing veroordeelde de vrederechter de patiënt tot betaling aan het ziekenhuis van een bedrag van € 47,20, te vermeerderen met de verwijlinterest aan de wettelijke interestvoet vanaf 28 februari 2019. Het bedrag van het supplement met andere woorden. Maar die beslissing wordt dus verbroken door Cassatie.

"Geen informatie, geen supplement"

De eiser voerde voor de vrederechter onder meer aan dat hem geen ereloonsupplement kan worden aangerekend aangezien de vzw Emmaüs haar wettelijke informatieverplichtingen niet had nageleefd. De patiënt steunde onder meer ook op de argumentatie dat de relatie patiënt-ziekenhuis beschouwd dient te worden als een professionele relatie en dat deze relatie overeenstemt met deze van een handelaar, zich baserend op het recent herziene wetboek economsich recht (W.E.R.).

Weliswaar beweerde het ziekenhuis dat er een bordje uithing met de boodschap dat artsen vanaf 1 oktober 2017 een supplement vragen van 20 euro, maar dat volstaat niet. De argumentatie van het hof luidde onder meer dat volgens de patiëntenrechtenwet het de arts zelf is die de patiënt moet informeren (artikel 8, § 2, van de Wet Patiëntenrechten). Beweren dat de patiënt geïnformeerd is via een infobord, volstaat niet. Het moet bewezen worden én de informatie moet actief, spontaan, dit is uit eigen beweging, voorafgaandelijk en individueel verstrekt worden door de individuele beroepsbeoefenaar.

Het volledige vonnis leest u hier.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.