Slechts 22 procent van de huishoudhulpen stelt een doktersbezoek nooit uit wegens financiële redenen. Dat blijkt uit een bevraging bij 1.335 huishoudhulpen in opdracht van ACV Voeding en Diensten. "Dit zijn beangstigende cijfers," zegt nationaal secretaris Kris Vanautgaerden, die een oproep lanceert voor hogere lonen, maar ook betere werkomstandigheden en meer controles en ondersteuning op het vlak van welzijn en gezondheid.

Uit een studie van Idea Consult uit 2018 bleek dat twee op de drie huishoudhulpen last hebben van gewrichts- of spierpijn. Toch geeft 43 procent aan vaak tot heel vaak een doktersbezoek of de aankoop van geneesmiddelen uit te stellen wegens financiële redenen. Bij alleenstaande huishoudhulpen loopt dat cijfer op tot meer dan de helft (53 procent).

"Werken als huishoudhulp is fysiek zwaar, de absenteïsmecijfers in de sector zijn relatief hoog", duidt Vanautgaerden. "Volgens de werkbaarheidsmonitor van de SERV ligt de afwezigheid wegens ziekte in de sector van de dienstencheques zo'n 80 procent hoger dan gemiddeld in Vlaanderen."

Daarom moeten zowel de werkgevers als de subsidiërende overheden een tandje bijsteken, vindt ACV Voeding en Diensten. "De inkomens en de gezondheid van de huishoudhulpen dienen drastisch verbeterd te worden. Hogere lonen, betere werkomstandigheden maar ook meer en betere controles en ondersteuning op het vlak van welzijn en gezondheid op het werk zijn noodzakelijk."