Vaak worden erelonen en kosten 'gepoold'. Dat kan op verschillende manieren. Wel zijn er beperkingen op de contractvrijheid om als zorgverleners onder elkaar of met derden ereloonafspraken te maken. Er is bijvoorbeeld een dichotomieverbod. Een belangrijke uitzondering gaat over praktijkvoering in groepsverband. Daarover ontspon zich een conflict dat uiteindelijk uitmondde bij Cassatie.
De casus wordt beschreven in het Tijdschrift voor Gezondheidsrecht (1). Die gaat over de vraag of een kostenregeling die bestaat uit een vaste procentuele ereloonafdracht ter dekking van de werkingskosten van een groepspraktijk al dan niet geoorloofd is in het licht van de Wet Uitoefening Gezondheidszorgberoepen (WUG).
Concreet: twee artsen sloten een samenwerkingsovereenkomst voor onbepaalde duur voor een groepspraktijk. Op dezelfde dag sloten ze een tweede overeenkomst af over de bijdrage van de kosten in die groepsprakijtk. Een van de twee artsen stond 20% van zijn ereloon af aan de andere arts ter dekking van die kosten (onder andere gebruik praktijkruimtes, secretariaat, materiaal en schoonmaakpersoneel).
Toen enkele jaren later de samenwerking op de klippen liep, ontstond tussen beide artsen een discussie over de kostenafrekening. Een van beide artsen voerde aan dat de procentuele ereloonafdracht van 20% ongeldig was. Hij wou een afrekening op basis van de werkelijke kosten en de veroordeling van zijn voormalige associé tot betaling van achterstallige kostenbijdragen.
Eerste aanleg: nog meer betalen dan ereloonafdrachten
In eerste aanleg oordeelde de rechter vond de rechter dat de procentuele ereloonafdracht van 20% een geldige contractuele afspraak was, maar dat de afgedragen erelonen als voorschotten op de werkelijke kosten beschouwd moesten worden. Een aangestelde gerechtsdeskundige moest dan de werkelijke kosten berekenen. Die kwam tot het besluit dat de betrokken arts bovenop de jarenlange ereloonafdrachten van 20%, nog een bijkomend bedrag van ruim 12.000 euro moest betalen. Dat viel dan weer niet in goede aarde bij die arts, die dat betwistte en beroep aantekende.
Beroep: ereloonafdrachten terugbetalen
De appelrechter bekeek dat helemaal anders. Hij oordeelde dat een procentuele ereloonafdracht van 20% als kostenbijdrage een 'ongeoorloofde ereloonverdeling' is die strijdig is met de deontologische code. Bijgevolg was de overeenkomst nietig en moesten alle gedane ereloonafdrachten retroactief worden terugbetaald.
Toch hield dat niet in dat die betrokken arts jarenlang gratis de voorziene praktijkfaciliteiten had kunnen gebruiken. Hij moest zijn voormalige associé de werkelijke kosten terugbetalen. Probleem: die had jarenlang onvoldoende meegewerkt aan het overmaken van voldoende boekhoudkundige stavingsstukken, dus konden die werkelijke kosten niet concreet worden begroot en dus viste hij ook hier achter het net. Waarop deze arts naar Cassatie trok.
Cassatie: ereloonpercentage afstaan kan als het redelijk is
Zoveel rechters, zoveel meningen. Cassatie volgde een derde weg. Eerst en vooral is een rechter niet gebonden door de Code aangezien die nooit bindend is verklaard. Volgens Cassatie kon de appelrechter de financiële overeenkomst dus niet absoluut nietig verklaren op grond van een schending van de Code.
Maar verder zag Cassatie geen graten in de overeenkomst waarbij een bepaald percentage van het ereloon wordt afgestaan als forfaitaire gebruiksvergoeding. Voorwaarde is wel dat het een redelijk percentage moet zijn. Daarmee is het arrest van Beroep verbroken en in de huidige situatie zijn dergelijke overeenkomsten dus voorwaardelijk geldig.
Nieuwe carrousel
De zaak is nu doorverwezen naar een ander hof van Beroep (dat van Brussel). Dat moet zich verder uitspreken, maar expert Sylvie Tack merkt wel op dat door de uitspraak van Cassatie enkele onduidelijkheden blijven. Bijvoorbeeld wat men precies moet verstaan onder een 'redelijk percentage'. En wat zijn precies de juridische gevolgen als een rechter inderdaad besluit dat er sprake is van een onredelijke verhouding tussen de ereloonafdrachten en de vferleende tegenpresaties? Wordt dus nog vervolgd.
(1) TvG 22/23 (2) 161-166
Laatste reacties
Marc DE MEULEMEESTER
15 december 2022Dit is de enige “ problematiek “ die je als solo slimmer speler NOOIT zal “ genieten “!