De helft van de Belgische meisjes vindt dat ze zich niet gehoord of begrepen voelt door de politici. Politieke participatie van meisjes is echter essentieel om hun rechten te beschermen. Dat blijkt uit een internationaal rapport van Plan International over de politieke participatie van meisjes.

In de aanloop naar Internationale Meisjesdag op 11 oktober brengt Plan International een internationaal rapport naar buiten over de politieke participatie van meisjes. Gebeurtenissen als de corona- en klimaatcrisis en de demonstraties in Iran zetten de rechten van meisjes en vrouwen wereldwijd de afgelopen jaren stevig onder druk. Deze gebeurtenissen en de politieke beslissingen die erover genomen worden, hebben een grote impact op meisjes. 

Om dit probleem in kaart te brengen, bevroeg Plan International bijna 29.000 meisjes en jonge vrouwen tussen de 15 en 24 jaar, verspreid over 29 landen. Ook duizend Belgische meisjes werden bevraagd.

Uit de bevraging blijkt dat meisjes wereldwijd een duidelijke mening hebben over prioriteiten die de politiek moet stellen. Belangrijke thema's voor de Belgische meisjes zijn bescherming tegen geweld, discriminatie, de klimaatproblematiek en gezondheid. Daarnaast maken de meisjes zich wereldwijd zorgen over socio-economische thema's als werkloosheid en armoede.

Hoewel Belgische meisjes zich dus wel bezighouden met maatschappelijke en politieke thema's, geven meer dan negen op de tien van hen aan dat ze voor uitdagingen staan op vlak van politiek engagement. Zo speelt het gebrek aan politieke kennis een grote rol, maar ook de overtuiging dat de politiek niet openstaat voor meisjes of vrouwen.

Dat zorgt ervoor dat meisjes en jonge vrouwen zich erg onzeker voelen om zich op politiek vlak in te zetten. Slechts 14 procent van de Belgische meisjes voelt zich zelfverzekerd genoeg om op te komen bij verkiezingen. Dat staat in schril contract met het wereldwijde cijfer, 28 procent.