Woensdag werd weer vergaderd over het thema in de commissie artsen-ziekenhuizen. Verscheidene kwesties moesten worden besproken, waaronder de vermindering van de vakantie van 10 dagen, en de kwestie van de wachtdiensten, en de etenstijden.
De arbeidsinspectie kwam een zeer interessante presentatie geven van de situatie in de verschillende ziekenhuizen in het land. Ze legde in detail uit wat wel en niet kan in ziekenhuizen volgens de regels die gelden in de wereld van het werk. In dit document, dat nog niet openbaar is, wordt de aandacht gevestigd op een reeks "zeer bijzondere praktijken" van de ziekenhuisdirecteuren. Die interpreteerden de geldende wetgeving tamelijk vrij.

Rood licht voor etenstijd

Een voorbeeld is de kwestie van het uur waarop gegeten kan worden en dat vele ziekenhuizen aftrekken. Specialisten in opleiding klaagden hier al maanden over. "Die aftrek is niet toegestaan," zei de arbeidsinspectie. Ziekenhuizen vertelden artsen in opleiding zelfs dat zij hun bieper bij moesten hebben tijdens hun etenstijd, zodat zij in geval van nood bereikbaar waren. De Arbeidsinspectie is duidelijk op dit punt: "Als de kandidaat-specialist zijn bieper bij zich heeft en hij bereikbaar is, wordt het een werkuur en geen etensuur".
De ziekenhuisbeheerders zullen derhalve hun praktijken op dit gebied moeten herzien, hetgeen zal resulteren in een reëel etensuur voor ASO's of een iets hogere rekening aan het eind van de maand voor de ziekenhuisbeheerders om hun werkuren te betalen. 

Opleiding voor ziekenhuismanagers

De Arbeidsinspectie maakte ook duidelijk dat ze beschikbaar is voor artsen in opleiding en alle vragen zal beantwoorden. Naar klachten van artsen zal worden geluisterd en die zullen worden behandeld. Dat alles kan anoniem gebeuren en de klager riskeert niets. De arbeidsinspectie zei ook toe te zullen doorgaan met inspecties in alle instellingen, overeenkomstig de verzoeken en dossiers die haar worden toegezonden.
Ze stelde voor (en doet dit al) om opleidings- of voorlichtingsbijeenkomsten te organiseren voor ziekenhuismanagers die meer willen weten over de procedures. Dat is goed nieuws voor artsen-specialisten in opleiding.