De provinciale raad van de Orde West-Vlaanderen schorste een arts voor 18 maanden omdat hij niet voldoende onafhankelijk, onpartijdig en objectief handelde en zijn persoonlijke belangen liet primeren. Zo tastte hij de waardigheid van het beroep aan.
De raad van beroep nam de beslissing met een tweederdemeerderheid.
Waar gaat het om? Bij de Orde West-Vlaanderen liep een klacht binnen die het Parket had ontvangen tegen een arts wegens misbruik van vertrouwen tegen een persoon die zich in een kwetsbare toestand bevindt. Het strafonderzoek werd afgesloten en door het Parket geseponeerd wegens onvoldoende bezwaren, maar de Orde kreeg het toegespeeld met het oog op eventueel tuchtrechtelijke maatregelen.
De strafklacht was ingediend door een thuisverpleegkundige die een hoogbejaarde dame verzorgde. Voor deie patiënt was de arts in kwestie door het Parket aangesteld als arts-deskundige om de gezondheidstoestand van die dame te beschrijven: was ze nog in staat om zelf haar belangen van (niet)-vermogensrechtelijke aard behoorlijk waar te nemen? Eventueel drong zich immers een mogelijke aanstelling op van een voorlopig bewindvoerder.
Alzheimer
Uit het onderzoek van de arts - in aanwezigheid van de thuisverpleegkundige - kwam naar voren dat de vrouw door een gebrekkig beoordelingsvermogen niet meer in staat was om haar goederen te beheren: ze leed aan dementie, vermoedelijk het type alzheimer.
Tot daar verloopt alles vrij normaal. Kort nadien evenwel begeeft de arts zich opnieuw naar de woning van de vrouw, in het gezelschap van dezelfde thuisverpleegkundige. Hij vroeg vrijwel onmiddellijk aan -haar of ze hem een aanzienlijks som cash geld kon geven of lenen. Blijkbaar verkeerde hij in ernstige financiële problemen. De dame verklaarde zich daarmee akkoord. Er werden meteen drie contracten/schuldbekentenissen getekend die de arts al op voorhand had opgemaakt.
De arts kreeg zijn zaakjes evenwel niet voor elkaar omdat de bankdirecteur onraad had geroken. Vervolgens werd de ontleende som door de dokter in meerdere schijven en gespreid over meerdere maanden terugbetaald. De arts geeft in zijn verdediging voor de provinciale raad toe dat hij die lening beter niet had gevraagd. Hij schrijft expliciet dat hij maar al te goed beseft dat die lening vragen 'niet zo koosjer' was.
Voorbedacht
Uiteindelijk beslist de raad om deze zaak in beroep te behandelen. De arts wordt vervolgd omdat hij niet voldoende onafhankelijk, onpartijdig en objectief gehandeld heeft. Evenmin betoonde hij respect voor de betrokkene of handelde hij zonder invloed voor zijn persoonlijke belangen. Wat zeker niet in zijn voordeel pleit, is dat de thuisverpleegkundige akkoord zou zijn gegaan met het feit dat de dame een lening zou toestaan. Die thuisverpleegkundige ontkent dat met klem. Ze bevestigt bovendien dat de arts de contracten al op voorhand had opgemaakt.
Dat alles doet de Orde besluiten tot een zware straf die ze zeker niet 'disproportioneel' noemt, maar eerder redelijk, gelet op de ernst van de feiten. De schorsing van het recht om de geneeskunde te beoefenen voor 18 maanden vindt de Orde ook niet in strijd met het recht op arbeid.
Laatste reacties
Edouard WITTERS
07 april 2023zo'n artsen zijn ons beroep niet waardig
de eed van hippocrates wordt met de voeten getreden
zouden definitief moeten geschorst worden