Vanuit de bevolking wordt er gepleit om de erkenning van levenloze prematuren uit te breiden naar een vroegere fase van de zwangerschap. Gynaecoloog Anne Verougstraete is terughoudend.

Tot nog toe bestond er voor de ouders een belangrijk verschil naargelang het kind vóór of na 26 weken zwangerschap geboren wordt. Als het levenloze kind ter wereld komt na 26 weken zwangerschap, wordt er een overlijdensakte opgemaakt. De ouders mogen het kind een naam geven. De moeder heeft recht op bevallingsverlof en kraamgeld, de vader op klein verlet voor bevalling en overlijden.

Vóór 26 weken wordt geen enkel officieel document opgemaakt. De ouders kunnen het kind dan ook niet officieel een naam geven en hebben geen toegang tot sociale tegemoetkomingen.

Er gaan stemmen op om het keerpunt te verschuiven naar 22 weken. Reden hiervoor is dat kinderen nu bij die zwangerschapsduur levensvatbaar zijn, dankzij de evolutie van de zorg.

Is die verschuiving een goed idee? “We moeten opletten dat we bij de bevolking geen valse verwachtingen creëren”, houdt dr. Anne Verougstraete (medisch verantwoordelijke Sjerp-Dilemma) een slag om de arm op het symposium ‘Medische Wereld’ van 28 april. “Mensen gaan uit de verschuiving misschien afleiden dat alle foetussen van die leeftijd zouden kunnen overleven. Het risico is dat er een reanimatieplicht komt, terwijl de prognose van die kinderen zeer slecht is. We moeten veeleer streven naar het humaniseren van de rouw, met terugbetaling van het consult bij de psycholoog en met betaalbare uitvaartzorg. Maar we mogen de foetus in dat stadium geen juridisch statuut geven, want dat kan de abortuswet onderuithalen.”

De herziening van de abortuswet is een hot topic. SP.A stelt voor dat abortus uit het strafrecht wordt gehaald. Daarnaast wil de partij de bezinningstermijn van 6 dagen naar 48 uur inkorten, en de maximale zwangerschapsduur van 12 naar 20 weken verschuiven. Een gelijkaardig voorstel komt er vanuit de hoek van Open VLD, hoewel de grens hier bij 18 weken ligt.

Als men een doodgeboren prematuur te vroeg in de zwangerschap formeel als levensvatbaar gaat erkennen, dan bestaat het gevaar dat de verschuiving van de maximale zwangerschapsduur voor abortus wordt afgewezen.

Em. prof. Bernard Spitz (dienst Gynaecologie, UZ Leuven) treedt zijn collega bij in haar terughoudendheid tegenover een wetswijziging rond de erkenning van doodgeboren prematuren. “Dat lijkt mij eerder kunstmatig”, zegt hij. “We beschikken momenteel over andere middelen om de rouw van de ouders te begeleiden.”

Lees meer over het abortusdebat in onze volgende krant.