Het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC), tegenwoordig vooral bekend van zijn coronakaart met kleurcodes per land, moet een sterker mandaat krijgen. Dat vindt de commissie Volksgezondheid van het Europees Parlement.

Om het gezondheidsbeleid in de lidstaten meer op elkaar af te stemmen en als Europese Unie beter voorbereid te zijn op pandemieën en andere crisissen, heeft de Commissie een plan op tafel gelegd om een heuse Europese gezondheidsunie op te richten. Een van de elementen is een uitbreiding van het mandaat van het ECDC. De bevoegde parlementscommissie heeft dat voorstel nu alvast goedgekeurd.

Momenteel is het ECDC enkel bevoegd voor de preventie en bestrijding van overdraagbare ziektes. Als het van de parlementsleden afhangt, zal het centrum ook ingeschakeld worden voor niet-overdraagbare ziektes als cardiovasculaire aandoeningen, ademhalingsstoornissen, kanker, diabetes en psychologische aandoeningen. Ook zou het ECDC moeten kunnen nagaan wat de impact van infectieziektes is op de gezondheidszorg en het effect van onderliggende aandoeningen, zogenaamde comorbiditeiten, bij pandemieën als de coronacrisis.

"Dit zou in de toekomst een betere bescherming moeten bieden aan de Europese burgers", zegt rapporteur Joanna Kopcinska, die het voorstel door het parlement moet loodsen. Ze is tevreden dat het werk op Europees werk gefaciliteerd zal worden door de nationale plannen die elke lidstaat moet aannemen. De EU-landen worden ook verondersteld correcte, vergelijkbare data aan het ECDC te bezorgen.

De parlementscommissie nam haar rapport aan met 67 stemmen voor en 8 tegen, bij 1 onthouding. Wellicht in september vindt de stemming in de plenaire vergadering plaats. De Raad moet zijn standpunt nog bepalen.