De burgerverenigingen Fédération des maisons médicales, BRAL, Les chercheurs d'air, en de Ligue des droits humains vragen het Grondwettelijk Hof om het uitstel van twee jaar van de Brusselse lage-emissiezone (LEZ) nietig te verklaren. Het uitstel werd in oktober vorig jaar beslist in het Brussels parlement. Ook drie burgers die slachtoffer zijn van luchtvervuiling, onderstrepen de eis. Dat meldt stadsvereniging BRAL.
De verenigingen en burgers menen dat het uitstel van de LEZ een ernstige achteruitgang vormt van de bescherming van het recht op gezondheid en een gezond leefmilieu in Brussel. Daarom hebben de verzoekers een beroep ingediend met de eis om het uitstel alsnog te schorsen. "Volgens schattingen is luchtvervuiling, met name veroorzaakt door wegverkeer, elk jaar verantwoordelijk voor honderden vroegtijdige overlijdens in Brussel", duiden de verenigingen woensdag. "In geen enkele van zijn officiële meetstations haalt het Brussels Gewest de door de WHO aanbevolen waarden voor stikstofdioxide (10 µg/m3). Erger nog: op sommige grote verkeersassen worden zelfs de minder strenge van kracht zijnde Europese normen niet gehaald."
Enkel de invoering van de LEZ kan soelaas brengen en de kwaliteit van de lucht in Brussel verbeteren, meent men. "De lage-emissiezone is tot op heden het meest doeltreffende instrument om luchtvervuiling terug te dringen. Sinds de invoering ervan in 2018 is de hoeveelheid schadelijke stoffen in de lucht aanzienlijk gedaald."
De verenigingen geloven dat het uitstel van de LEZ het 'standstillprincipe' schendt. "Dat is het principe dat het recht op bescherming van de gezondheid en een gezond leefmilieu garandeert. Dat principe verbiedt het om 'op significante wijze' het beschermingsniveau van bestaande regelgeving te verlagen zonder gegronde reden." Daarenboven zou het uitstel ook het non-discriminatiebeginsel schenden. De verzoekers menen dat het uitstel "de gezondheid van mensen in armere buurten op onevenredige wijze aantast".