Twee dagen voor de moord op Manuela Raeymaekers (47) en de moordpoging op haar toen 13-jarige zoon, is beschuldigde Ken De Neys (43) onderzocht in het ziekenhuis nadat hij verontrustende briefjes had achtergelaten bij de buren. Er werd een 'acute psychose' bij hem vastgesteld. "Maar aan de voorwaarden voor een gedwongen opname was niet voldaan. Er waren geen aanwijzingen dat hij een acuut gevaar vormde voor zichzelf of voor anderen", getuigden de spoedarts en de psychiater voor het Antwerpse hof van assisen.
De politie werd op 12 december 2020 verwittigd door enkele buren die zich zorgen maakten over het gedrag van de beschuldigde. "Ken belde die avond aan om gereedschap te lenen. Ik nam hem mee naar de garage en daar veranderde hij ineens. Hij vroeg papier en schreef name n op. Hij zei dat ze hem zochten en leek angstig en verward. Ik mocht van hem niets zeggen. Daarna vertrok hij. De papiertjes nam hij mee", getuigde buurman Pierre.
De Neys liet bij verschillende buren briefjes achter met de vraag om dringend 'moordzaken' te contacteren. De politie trof hem buiten adem en bezweet onder een trampoline in een naburige tuin aan. Hij maakte smakbewegingen met zijn mond en keek schichtig om zich heen. Hij sprak over moordcomplotten tegen hem.
"Ken was niet aan het faken, ik zag echt pure angst bij hem", zei buurvrouw Vanessa. "De politie nam hem niet serieus en Ken dacht daardoor dat de agenten mee in het complot zaten en dat heeft de zaken nog veel erger gemaakt. Manuela wilde Ken blijven steunen, ook al dacht hij dat ze ook deel uitmaakte van het complot. Ze zei dat je elkaar ook in slechte tijden moest blijven steunen."
De politie en een opgeroepen ambulancier vermoedden dat De Neys zich in een psychose bevond en brachten hem naar het Sint-Augustinusziekenhuis. "Hij was rustig en ik heb een tiental minuten met hem gesproken. Hij vertelde over een complot met zijn ex-partner als spilfiguur. Hij moest binnenkort naar de notaris en zou al zijn geld kwijtraken. Ik heb ook met zijn moeder en vriendin gebeld en zij bevestigden zijn verhaal. Ze vroegen me uitdrukkelijk of hij naar huis mocht komen", getuigde de dienstdoende spoedarts.
De werkdiagnose luidde 'acute psychose'. De spoedarts had vervolgens telefonisch overleg met de psychiater van wacht. "Aan de voorwaarden voor een gedwongen opname was niet voldaan. Er waren geen aanwijzingen dat hij een acuut gevaar vormde voor zichzelf of voor anderen. Ik heb geadviseerd om een vrijwillige opname voor te stellen en om antipsychotica voor te schrijven", stelde de psychiater. De Neys werd vervolgens door zijn buurman weer naar naar zijn moeder en zijn vriendin gebracht.
Assisenvoorzitter Alexandra Van Kelst vroeg aan de getuigen of iemand hen had verteld dat de beschuldigde zijn vriendin Manuela wantrouwde en dat hij dacht dat ze hem wilde vergiftigingen. Beiden antwoordden dat ze daar niet van op de hoogte werden gebracht. "Kan een persoon die niet wil worden opgenomen jullie verschalken? Ik stel die vraag omdat de beschuldigde aan zijn buurman vertelde dat hij enkel gezegd had wat de artsen wilden horen, zodat hij naar huis zou mogen", zei Van Kelst. "Jammer genoeg kunnen wij geen gedachten lezen. Wij hadden geen aanwijzingen dat er iemand in gevaar was. Als iemand iets had gezegd van een dreiging of als de familie had gezegd dat ze bang was, dan was de situatie anders geweest", zei de psychiater.