“We zullen niet meer wakker liggen van wie uitstrijkjes doet”

Dat meent gynaecoloog Tom Bovyn (Bvas) die daarmee de jarenlange discussie tussen huisartsen en gynaecologen over dit onderwerp, relativeert. Ook over de niet altijd eenvoudige verhouding met de vroedvrouwen heeft Tom Bovyn een duidelijke visie.

Het gaat over ruim een half miljoen uitstrijkjes, preciseert hij nog eens, verwijzend naar de cijfers die MediSfeer hierover zowat een jaar geleden vrijgaf (zie tabel). "Wij nemen ongeveer het tienvoudige daarvan voor onze rekening, vergeleken met het deel van de huisartsen."

Dit toont aan dat de vrouw er nog steeds voor kiest haar uitstrijkje bij haar vertrouwde gynaecoloog te laten nemen.“Maar voor ons is het niet onze ‘corebusiness’ financieel bekeken. De daarmee gepaard gaande controles kan de huisarts net zo goed op zich nemen want als het uitstrijkje afwijkt, moet hij toch doorverwijzen voor interpretatie van het uitstrijkje en extra colposcopisch onderzoek. Het lijkt er misschien op alsof die prestatie voor ons, gynaecologen uitgesproken belangrijk is, maar dat is niet zo. In plaats van het tijdsintensieve uitstrijkje verkies ik een wellicht boeiender onderzoek bij een andere patiënt dat wellicht zuiver  financieel bekeken ook interessanter is.”

“Overigens ga ik ervan uit dat we dat uitstrijkje binnenkort verliezen door selftesting. Wij, gynaecologen, zullen ons alleen nog moeten bezighouden met rare, afwijkende uitslagen."

"De komst van de DNA typering en de RNA analyse van HPV bezorgen ons extra werk. Ook het  aantal colposcopieën zal weer in de lift zitten, maar is nog ver verwijderd van 2012.  Toen kwam er een cumulverbod tussen het nemen van een uitstrijkje en het verrichten van een colposcopie, we zagen toen een afname van het aantal colposcopiëen met 75% .”

Vroedvrouwen

“Over tien jaar tijd bekeken zijn er enkele honderden gynaecologen bijgekomen terwijl de ereloonmassa niet gestegen is”, legt dr. Bovyn de vinger op een andere wonde. “De cijfers van het tweede PlanKad - weliswaar slechts tot 2016 – zijn dramatisch en zullen vandaag waarschijnlijk nog veel slechter zijn, er is een overschot aan gynaecologen. Plus: er komt een dubbele cohorte aan. Dat, in  combinatie met het teveel aan vroedvrouwen, doet ons afstevenen op een ramp.”

Het beleid is dan ook niet echt doordacht volgens de vrouwenarts die wel vermoedt waar datzelfde beleid op lange termijn naartoe wil. De druk om verloskundig model te veranderen is groot. “Met de vroedvrouw die de leiding neemt en de gynaecoloog die achter het hoekje van wacht mag zijn. De gynaecoloog wordt pas opgetrommeld als er wat stevig foutloopt.”

 “Als je bij de gynaecoloog alleen nog moet langsgaan voor je 20-wekenecho, waar gaan we dan naartoe?  De bevalling wordt met andere woorden eerstelijnsgeneeskunde terwijl iedereen nochtans zeer tevreden is van de gynaecoloog vandaag.”

Uitstekend rapport

De gynaecologen kunnen uitpakken met een uitstekend rapport volgens hem: lage perinatale sterfte en morbiditeit, de neonatologie die het zeer goed doet in België… “Maar toch gaat men dan bij voorkeur weer de vroedvrouw steunen, thuisbevallingen stimuleren… wie bij de vroedvrouw op consultatie gaat, betaalt 1 euro remgeld.

Maar ook de vroedvrouwen zullen op hun tellen mogen passen, vermoedt dr. Bovyn. “Er was al een KCE-rapport verschenen over horizonscanning bij vroedvrouwen tot 2039. Daarin stond dat hun aantal moest verdubbelen. Die verdubbeling is al gehaald na amper vijf jaar tijd. (van 6972 in 2014 naar 11401 vroedvrouwen in 2017) Blijft men tegen deze snelheid vroedvrouwen opleiden, dan zullen die een enorme werkloosheid kennen. Hebben we zoveel vroedvrouwen wel nodig? Terwijl momenteel de materniteiten voor de helft leegstaan door een verkorte ligduur en er een stagnerend geboortecijfer is.  Het gevolg van de wet 10 april 2014, waarin staat dat de vroedvrouw enkel inzetbaar is op een verpleegafdeling gynaecologie, materniteit of IVF-centrum, maakt dat vroedvrouwen ook niet inzetbaar zijn om het tekort aan verpleegkundigen op te vangen."

Een aantal vroedvrouwen zal ingezet kunnen worden in de postnatale zorg.

"Volgens weliswaar cijfers die een update verdienen, zal dat ook een pak geld kosten: op vijf jaar tijd kennen we makkelijk een toename van 15 tot 20 miljoen aan postnatale zorg”, schat hij. En hij besluit: “Naar die kost wordt nu niet gekeken.”

 

Tabel - uitstrijkjes

Uitstrijkjes geboekte gevallen

2016

2017

Verschil 2017-2016

114030 ‐ 114041

49.718 (8%)

45.493 (7,3%)

‐8,50

114170 ‐ 114181

6.431 (1,03%)

6.075 (0,97%)

‐5,54

149612 ‐ 149623

473.338 (75,9%)

470.267 (75,5%)

‐0,65

149634 ‐ 149645

100.808 (16,17%)

101.307 (16,25%)

0,50

Totaal

630.295

623.142

‐1,13

> Lees ook: "Minder uitstrijkjes door overaanbod gynaecologen" (Roel Van Giel)

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.