De raadplegingen zijn al sinds april toegankelijk, maar op vrijdag 24 juni kon een veelkoppig gezelschap erop klinken: het Medisch Centrum Assenede is officieel uit de steigers.

“Zoals in alle regio’s van het land kijken we in Assenede aan tegen een groeiende groep ouderen”, zegt initiatiefneemster Els Pieters. “Maar tegelijk is er hier ook een aanzienlijke inwijking van jongere mensen. Onze duoprakijk werd te klein voor die zorgvraag.” Het oude postgebouw van Assenede stond te koop, en dr. Pieters waagde samen met een aantal mede-eigenaars de sprong. De verbouwing van het pand zou meteen ruimte bieden aan flink wat andere zorgverleners.

Het Medisch Centrum verrijst als een aantrekkelijk modern gebouw in een groene, rustige omgeving. Het stoort zich duidelijk niet aan de gewestweg, die een honderdtal meter verderop de toegankelijkheid garandeert. Praktijk De Route van dr. Pieters heeft er – intussen met drie huisartsen – haar intrek genomen en deelt het gelijkvloers met een andere groepspraktijk van huisartsen, beide voorzien van eigen lokalen en een aparte toegang. De eerste verdieping biedt werkruimte aan een gynaecoloog, een fysiotherapeut en een diversiteit aan paramedici: verpleegkundig team, diëtist, podoloog, tabacoloog, 2 logopedisten en 2 psychologen.

“Met deze samenstelling beantwoorden we aan de ambitie van de overheid om de geïntegreerde zorg uit te bouwen”, aldus dr. Pieters. “Bovendien betekent een aangename werkomgeving zoals het Medisch Centrum ongetwijfeld een trekpleister voor jonge huisartsen.”

“Het is belangrijk dat onze gemeente een aanlokkelijke infrastructuur in petto heeft voor nieuwe inwoners. Het Medisch Centrum geeft Assenede niet alleen een boost op het vlak van dienstverlening en gezondheidszorg, maar ook op niveau van de architectuur”, juicht burgemeester Philippe De Coninck het nieuwe project toe. “Ik ben ermee verguld als burgemeester, maar ook als huisarts. Ons land is bekend om zijn laagdrempelige en de toegankelijke gezondheidszorg. Het Medisch Centrum draagt bij tot het verder versterken van dit resultaat.”

Ten slotte wijst dr. De Coninck erop dat men met een adequaat uitgebouwde gezondheidszorg niet alleen de patiënt helpt, maar ook het welzijn van de zorgverleners vrijwaart, onder andere door het bestrijden van burn-out. Daarmee leidt hij de lezing van Michel Bafort (voorzitter Orde van Artsen Oost-Vlaanderen) in, die het project Arts in Nood toelicht. Stof voor een volgende editie van ons zusterblad Medi-Sfeer.