Vlaamse bevolkingsonderzoeken naar kanker bereiken steeds meer mensen

De Vlaamse bevolkingsonderzoeken naar borst-, baarmoederhals- en dikkedarmkanker slagen er steeds beter in om de juiste mensen te bereiken. Het aantal deelnemers is vorig jaar bij alle onderzoeken toegenomen, zo blijkt donderdag bij de voorstelling van het jaarrapport 2017 van het Centrum voor Kankeropsporing (CvKO). Toch moet er nog altijd inspanningen worden geleverd om meer mensen aan de onderzoeken te laten deelnemen, zo wordt benadrukt.

Bij de Vlaamse bevolkingsonderzoeken krijgen mensen met een verhoogd risico op die kankers - voornamelijk op basis van leeftijd - twee- of driejaarlijks een uitnodiging in de bus om zich te laten testen. De bedoeling is om mogelijke gevallen van kanker zo vroeg mogelijk op te sporen, wat de kans op genezing verhoogt.

Bij de voorstelling van het jaarrapport wordt benadrukt dat men er steeds beter in slaagt de doelstellingen te bereiken. De totale dekkingsgraad - het aantal mensen dat zich, binnen of buiten het bevolkingsonderzoek tijdig laat screenen - varieert van 62 (baarmoederhalskanker) tot iets meer dan 65 procent (borstkanker en dikkedarmkanker).

"Voor het eerst in jaren hebben we in alle drie de onderzoeken een sprong voorwaarts gemaakt op het vlak van participatie", zegt Patrick Martens, directeur van het Centrum voor Kankeropsporing (CvKO).

"Bij dikkedarmkanker hebben we qua participatie de doelstelling al gehaald", zo verklaart ook Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen. Toch is het de bedoeling om de cijfers nog verder omhoog te krijgen. "Bij baarmoederhalskanker en borstkanker zijn de cijfers in orde, maar is er wel nog ruimte voor evolutie", aldus de minister.

De rol van de huisarts wordt daarbij belangrijk geacht. "Bij de 35 procent die niet deelneemt, zien we dat het vaak gaat om sociaal zwakkeren, of mensen met een allochtone achtergrond. Maar die mensen hebben er niet altijd voor gekozen om niet deel te nemen. Soms hebben ze gewoon te weinig informatie gekregen", zegt Martens.

"De huisarts kan door beter te informeren mensen naar het bevolkingsonderzoek leiden. We zien bijvoorbeeld ook dat er meer respons komt als de brief mee door de huisarts is ondertekend."

Daarnaast wil men ook kijken of de personen met een beperking wel voldoende bereikt worden. Momenteel is het nog niet duidelijk in welke mate zij deelnemen aan de onderzoeken. "Het is een groep die vaak vergeten wordt", zegt Martens. "Maar toegankelijkheid kan wel een probleem vormen voor deelname aan het onderzoek."

Een ander pijnpunt blijft de opvolging. Vooral bij dikkedarmkanker wordt nog niet altijd een adequaat gevolg gegeven aan een afwijkend resultaat.

"Maar toch zien we wel dat de onderzoeken doen wat ze moeten doen", besluit Isabel De Brabander van de Stichting Kanker Register. "We slagen er met de onderzoeken in de kankers al in een vroeg stadium op te sporen en verhogen dus de overlevingskans."

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.